Vest, berekening.

Welk vest je ook breit, je bent nu ongeveer aangekomen bij het blok waarbij je moet gaan minderen voor de oksel. In ons geval maken we een rechte mindering. De hoeveelheid steken die bij de zijlijnen geminderd moeten worden zijn bij het korte,- heup, en lange vest hetzelfde, namelijk:

• voor maat S: 13 steken,
• voor maat M: 15 steken en
• voor maat L: 17 steken.

Vervolgens is het heel belangrijk dat de vier apart gebreide delen van voor- en achterpanden precies even hoog worden, dus precies dezelfde hoeveelheid naalden. Hiervoor heb ik schema’s gemaakt, waarin je kunt aflezen hoeveel naalden er gebreid moeten worden in het laatste 4 blokken onder de oksel. Dit geldt natuurlijk alleen voor de mensen die exact aangehouden hebben wat ik aangegeven heb per blok. Klopt de hoeveelheid naalden niet en heb je bij verschillende blokken andere hoogtes aangehouden, kijk dan op je turflijst als je deze hebt bijgehouden of tel anders de naalden die je al gebreid hebt en vul aan tot de gewenste lengte met het laatste blok.

Wat vooral belangrijk is, is of je op de door jou gewenste lengte uitkomt. Met mijn naalddikte, pendikte en hand van breien kom ik qua lengte uit zoals ik wilde, dus kan ik het schema aanhouden. De gewenste lengte kun je meten vanuit de oksel naar beneden, let er daarbij op dat je niet boven in de oksel begint te meten, maar wat lager omdat het een vrij wijde mouw is. Is jouw gewenste lengte nog niet bereikt na het eerste blok onder de oksel, dan brei je nog even door, maar tel deze extra naalden dan wel op bij de volgende 3 blokken tot de oksel. Het makkelijkste is natuurlijk gewoon het schema volgen, hier komen ze voor het lange vest, het heupvest en het korte vest.

Wanneer deze okselminderingen gedaan zijn (let op de plek hoor, dat je ze niet per ongeluk middenachter of middenvoor krijgt) kun je de zijnaden aan elkaar gaan maken. Hoe we dit kunnen doen zal ik in een volgend bericht laten zien.

succes!